Kind vriendelijke gemeente
We zorgen dat Balen een kindvriendelijke gemeente wordt. De cijfers geven aan dat de natuurlijke aangroei daalt. Het is echt tijd om te investeren in jonge gezinnen. Een aantrekkelijke gemeente voor kinderen is een gemeente die leeft. We zien de scholen bruisen van ideeën om het hoofd boven water te houden. Talloze ouders en vrijwilligers doen er alles voor om voor hun kinderen een plaats te vinden waar ze kunnen leren en opgroeien.
Wat wij willen
Eén. Een gemeente met voldoende en betaalbare kinderopvang
Momenteel zijn de wachtlijsten van de kinderopvang één jaar. Jonge ouders moeten dus al drie maanden voor de geboorte van hun kind op zoek gaan. We eisen dat de wachtlijsten al zeker voor de helft worden ingekort. We creëren gemeentelijke kinderopvangplaatsen die ook rekening houden met ouders die in een ploegensysteem werken. Zo zorgen we tegelijk voor extra jobs in de gemeente en minder stress voor ouders die gaan werken.
Twee. We eisen meer gemeentelijke speeltuintjes
Op de parkjes en pleintjes die we nog hebben zorgen we voor een kindvriendelijke plaats. Zo proberen we er minimum in elke wijk van Balen één te voorzien. Zodat ouders zonder eigen tuin ook de mogelijkheid hebben om met hun kind in openlucht te kunnen spelen vlak bij huis. Dit zorgt ook voor meer sociale contacten tussen kinderen en ouders onderling.
Drie. Meer aandacht voor kinderen met een beperking
We eisen meer aandacht voor kinderen met een beperking, zowel in de vrije tijd als in het onderwijs. En we richten ons niet enkel op kinderen met een fysieke maar ook met een mentale beperking. Er is in onze gemeente bijvoorbeeld geen enkele plaats voor kinderen met autisme. Ook bij de naschoolse opvang moet er meer geïnvesteerd worden in opleidingen voor omgang met kinderen met een beperking.
Vier. We investeren meer in onze scholen
Het onderwijs kreunt onder de zware besparingen van de Vlaamse regering. Dit mogen wij als gemeente niet laten gebeuren. Onze basisscholen zijn de toekomst van de gemeente. We zorgen ervoor dat er voldoende gemeentelijke investeringen en hulpmogelijkheden zijn om de scholen te steunen.